In deze module worden de procedures beschreven die u moet volgen wanneer u voor het eerst op de bouwplaats aankomt – weten welk werk er moet worden uitgevoerd en welke materialen moeten worden gebruikt. Veel van de procedures zijn dezelfde voor het afdichten bij nieuwbouw en het afdichten bij renovatiewerken. De situatie op het terrein verschilt echter vaak bij nieuwbouw en renovatie en beide hebben specifieke eisen op het vlak van toegankelijkheid en veiligheid. Bij renovatie moeten meestal de oorspronkelijke voegoppervlakken in een staat worden gebracht die klaar is voor een nieuwe kit.
De ontwerpers of de eigenaars van het gebouw (of hun vertegenwoordigers) stellen deze taakomschrijving op, gewoonlijk met het deskundig advies van fabrikanten van afdichtingskit. In de taakomschrijving wordt het afdichtingssysteem beschreven dat moet worden gebruikt voor specifieke voegen. De belangrijkere voegen die moeten worden afgedicht, worden gekeurd en gemeten, om te verzekeren dat hun afmetingen binnen de bouwtoleranties vallen en dat de hechtingsvlakken van aanvaardbare kwaliteit zijn. Voor renovatiewerken moeten ook de voegen die opnieuw moeten worden afgedicht, evenals het te gebruiken afdichtingssysteem, worden gespecificeerd. Als er vragen zijn, moeten die worden besproken voordat met het werk wordt begonnen.
Het opnieuw afdichten van voegen gebeurt om:
1. een gebrekkige afdichting te vervangen, of
2. om de oorspronkelijke afdichting te vervangen als onderdeel van een renovatieprogramma.
Als de oorspronkelijke afdichting gebrekkig was, is het belangrijk om te weten hoe dat komt, zodat dezelfde fout niet opnieuw wordt gemaakt. De eigenaars van het gebouw en/of hun adviseurs zullen, meestal samen met de kitfabrikanten, dit onderzoek voeren. Er zijn een aantal redenen waarom een afdichting gebrekkig kan zijn.
De taakomschrijving zal worden beoordeeld door de onderaannemer voor de afdichtingswerken en besproken met de vaklui die de kit aanbrengen. Bij problemen, vraag raad aan de betrokken bouwplaatsbeheerder of de kitfabrikant.
|
De ploeg die de kit aanbrent, zal samen met de andere aannemers een verkennend bezoek brengen aan de bouwplaats om een zicht te krijgen op alle veiligheidseisen, met inbegrip van veiligheidsinformatiebladen en risicobeoordelingen, en op de voegen die moeten afgedicht worden of opnieuw afgedicht.
Registreer de afgesproken acties.
Maak voor elke voeg werkbladen klaar (met behulp van de volgende aanbevelingen )
Lees de specificatie van de kit voor het project en duid aan:
Stel een werkschema op.
Indien nodig, ga na welke niveaus het best ‘s morgens en welke het best ’s namiddags worden afgedicht.
Controleer de af te dichten voegen op mogelijke problemen en spreek af hoe er te werk zal worden gegaan:
Voor de voorbereiding van het oppervlak :
Voor de toegang :
Voor het opnieuw afdichten :
De aannemer voor de afdichtingswerken zal de types en hoeveelheden controleren van alle materialen die bestemd zijn voor het op de bouwplaats uit te voeren afdichtingswerk en ze vergelijken met de materialen die opgegeven zijn in het lastenboek.
Voor elke voeg die moet worden afgedicht :
Afwijkingen moeten worden geregistreerd, gerapporteerd en rechtgezet. Registreer de batchnummers en de uiterste gebruiksdatum van de kit. Als de houdbaarheidsdatum verstreken is, mag het product niet meer worden gebruikt en moet contact worden opgenomen met de fabrikant voor specifiek advies.
Als de voorgeschreven kit wordt vervangen door een andere kit moet van de opdrachtgever en andere betrokken partijen een schriftelijke bevestiging worden verkregen dat deze laatste geschikt is voor de toepassing. Er moet een bewijs van conformiteit met de voor de kit opgegeven standaard worden gevraagd.
Voer dezelfde controles uit voor de te gebruiken primersystemen. Registreer het batchnummer en de uiterste gebruiksdatum. Als de houdbaarheidsdatum verstreken is, mag het product niet meer worden gebruikt en moet contact worden opgenomen met de fabrikant voor specifiek advies.
PRIMERSYSTEMEN ZIJN BEDOELD VOOR EEN SPECIFIEKE KIT. ALS DE KIT WORDT VERVANGEN, VERGEWIS U ER DAN VAN OF DE GELEVERDE PRIMERS NOG ALTIJD GESCHIKT ZIJN. |
Toets de hulpmaterialen met het lastenboek (reservemateriaal, tapes, reinigingsmiddelen).
Lees de veiligheidsinformatiebladen (SDS) voor alle materialen. In geval van twijfel, neem contact op met de fabrikant.
Bewaar de SDS in een dossier. Neem ook de in de SDS gegeven instructies in acht, als-ook de eventuele eisen van de bouwplaats en de lokale overheid.
De opslag van alle materialen moet in over-eenstemming zijn met de aanbevelingen van de leverancier. Zorg ervoor dat alle materialen veilig en droog opgeslagen zijn en niet blootgesteld worden aan overmatige hitte of koude. Materialen die voorzien zijn van het symbool “Ontvlambaar” of andere gevaarsymbolen moeten worden opgeslagen volgens de bouwplaatsreglementering en in overeenstemming met de aanbevelingen van de leverancier.
Voor renovatiewerk stelt u een schema op voor de voorbereiding van de voeg.
Zorg ervoor dat de vaklui het nodige gereedschap hebben om de oude kit te verwijderen en om de voegoppervlakken voor te bereiden.
Wanneer de voegoppervlakken klaar zijn om voor het eerst of opnieuw te worden afgedicht (en werden geïnspecteerd), stel dan een schema op voor het afdichtingswerk. Zorg ervoor dat de vaklui voldoende kit, primer(s), hulpmateriaal en gereedschap hebben voor het werk (kitpistolen, mixers, borstels, hulpmiddelen). Indien nodig, ga na welke niveaus het best ‘s morgens en welke het best ’s namiddags worden afgedicht.
Registers van het uitgevoerde werk moeten worden bijgehouden in een projectmap of logboek en dan opgenomen in de Projecthandleiding
DE VAKLUI DIE DE KIT AANBRENGEN, MOETEN VEILIGHEIDSUITRUSTING EN -KLEDING GEBRUIKEN DIE AANGEPAST ZIJN AAN HET UITGEVOERDE WERK EN AAN DE SPECIFIEKE VOORWAARDEN OP DE BOUWPLAATS. (Zie hoofdstuk7. Gezondheid en veiligheid) |
BUITENAFDICHTING MAG ALLEEN GEBEUREN ALS DE WEERSOMSTANDIGHEDEN GESCHIKT ZIJN. |
Tip:
HOUD EEN DAGREGISTER BIJ DAT DEEL UITMAAKT VAN HET LOGBOEK. DAARIN HOU JE DE WEERSOMSTANDIGHEDEN BIJ, MET INBEGRIP VAN DE MAXIMALE EN MINIMALE OMGEVINGSTEMPERATUUR- EN TEMPERATUUR VAN DE ONDERGROND.
(Zie hoofdstuk 2. Wat wordt er van u verwacht ?)