Klokslag middernacht op maandag 1 september verdween Trimethylbenzoyl Diphenylphosphine Oxide of afgekort TPO uit alle cosmetische producten. Maar dit was geen magische transformatie of tovertruc zoals in Assepoester, maar een abrupt verbod zonder overgangsperiode, zonder uitstel, zonder genade.
TPO, een ingrediënt dat gebruikt werd in nagelproducten om nagels uit te harden onder UV-licht werd geclassificeerd als CMR: potentieel kankerverwekkend, mutageen of schadelijk voor de vruchtbaarheid. Sindsdien mogen producten met TPO niet meer “op de markt gebracht” worden. Maar wat betekent dit nu precies?
Wel daar knelt nu net het schoentje! Deze nagelproducten zijn bedoeld voor professioneel gebruik door bijvoorbeeld nagelstylisten of schoonheidssalons. Toch worden deze professionals door de overheid beschouwd als distributeurs of verdelers van producten. En dat is niet alleen onlogisch, maar ook onrechtvaardig.
Een dienstverlener verkoopt geen producten. Die gebruikt ze. De dienst is net het product. En toch mogen salons hun bestaande voorraad niet meer gebruiken zelfs als ze al lang voor het verbod werd aangekocht.
Net zoals Assepoester die haar glazen muiltje verloor om middernacht, verloren deze mensen plotsklaps hun recht op professioneel gebruik. Maar waar Assepoester ten minste haar schoentje terugkreeg en met de prins mocht trouwen, blijft de professionele gebruiker in de kou staan met een onbruikbare voorraad aan nagelproducten en ontevreden klanten. Geen overgangsperiode, geen nuance en geen rechtvaardigheid. En dus ook geen prins op het witte paard.
Spijtig genoeg kan de klok niet meer teruggedraaid worden en blijft het verbod op TPO van kracht. Daarom vragen wij als Belgische cosmeticasector dat er in het kader van de komende herziening van de Europese cosmeticaregeling duidelijke overgangsperiodes worden voorzien voor het professionele gebruik van cosmeticaproducten. Net zoals die al bestaan voor het geleidelijk uit de handel nemen van producten. Ook de interpretatie van professioneel gebruik moet dringend herzien worden. We roepende Belgische autoriteiten op om dit standpunt actief te ondersteunen op Europees niveau. Want regelgeving moet niet alleen beschermen, maar ook recht doen aan de realiteit van dienstverleners. Anders blijft het schoentje harder knellen dan ooit.